Afdrukprofielen gebruiken om uw afdrukinstellingen op te slaan
Een afdrukprofiel is een opgeslagen set afdrukopties. U gebruikt bijvoorbeeld verschillende afdrukopties voor elke printer op uw netwerk of verschillende afdrukopties voor elk kaderbestand dat u gebruikt. Door uw afdrukinstellingen in een afdrukprofiel op te slaan, hoeft u deze niet elke keer opnieuw in te stellen wanneer u naar een bepaalde printer afdrukt of een bepaald kader gebruikt.
Wanneer u veranderingen aanbrengt in uw afdrukopties, worden de opties opgeslagen in het actieve profiel. Wanneer u de huidige afdrukinstellingen opslaat in uw gebruikersafdrukprofiel, worden de opties Pagina domein, Kopieën en Afdrukken (even/oneven pagina's) op het tabblad Afdruk van het dialoogvenster Afdrukken teruggezet naar de standaard wanneer u de volgende keer het dialoogvenster opent. Alle veranderingen die u maakt aan deze opties gaan dus verloren. Wanneer u de huidige afdrukinstellingen opslaat als een afdrukprofiel met een naam, worden alle opties opgeslagen. Dus, om bijvoorbeeld een profiel op te slaan waarbij alleen de eerste pagina wordt afgedrukt, moet u de afdrukinstellingen opslaan in een afdrukprofiel met een naam.
Om de huidige afdrukinstellingen op te slaan als een afdrukprofiel:
- Klik op het tabblad Details van het dialoogvenster Afdrukken.
- Klik op Opslaan Als in de groep Afdrukprofiel. Het dialoogvenster Profiel opslaan verschijnt.
- Typ een naam voor het profiel en klik vervolgens op OK om het dialoogvenster te sluiten.
Om een bepaald afdrukprofiel te gebruiken nadat u deze eenmaal opgeslagen heeft, selecteert u het profiel in het betreffende veld in de groep Afdrukprofiel. De opties in het dialoogvenster Afdrukken geven meteen de opties weer die opgeslagen zijn in het afdrukprofiel.
Om een afdrukprofiel te verwijderen, selecteert u deze in het groepsveld Afdrukprofiel en klikt u vervolgens op Verwijderen. U kunt geen standaard afdrukprofiel verwijderen.
Afdrukprofielen associëren met views
U kunt nu aan elke view in een project een afdrukprofiel associëren, zodat hetzelfde afdrukprofiel altijd als standaard wordt gebruikt wanneer u een bepaalde view afdrukt.
om een afdrukprofiel met een view te associëren:
- Klik in het tabblad View, in de Views groep, op het Views keuzelijstje en selecteer Meer Views. Het Meer Views dialoogvenster verschijnt.
- Selecteer de view waarmee u een afdrukprofiel wilt associëren en klik op Eigenschappen. Het View Eigenschappen dialoogvenster verschijnt. Als u de eigenschappen van een kalender view bewerkt, verschijnt het dialoogvenster Kalender View Eigenschappen .
- Selecteer het afdrukprofiel dat u als standaard wilt gebruiken bij het afdrukken van de view in het Standaard afdrukprofiel veld.
Het afdrukprofiel dat u hier selecteert wordt dan het huidige afdrukprofiel wanneer u naar deze view overschakelt. Wanneer u in dit veld Huidig afdrukprofiel selecteert, zal het huidige afdrukprofiel niet veranderen wanneer u overschakelt naar de view. Dit betekent dat u wanneer u overschakelt van een view die aan een benoemd afdrukprofiel is geassocieerd naar eentje die aan het huidige afdrukprofiel is geassocieerd, het afdrukprofiel dat geassocieerd is aan de eerste view vervolgens zal worden gebruikt voor het afdrukken - omdat het nu het 'huidige' afdrukprofiel is geworden. - Klik op OK.